17-06-2004

Net als Idols: de prijsvraag

Dan gaat de telefoon. Vriend neemt op. Als hij de muziek uitzet weet ik dat degene die belt iets belangrijks te vertellen heeft. Vriend zegt weinig. De stem aan de andere kant van de lijn steekt zo te horen een heel verhaal af. Plots zie ik Vriend wit wegtrekken en 'shit' stamelen. Als hij heeft opgehangen kijk ik hem vragend aan.

Het vervolg van Pinksoup:

"Eerst even een glas water," zegt hij. "Dit is heftig!"
Ik voel een krampende ongerustheid in mijn maag. Ik kan zijn gezicht moeilijk peilen. Zie geen bittere teleurstelling, geen opgetogen blijdschap. Meer een soort verbijsterd onbegrip.
"Het was de directeur van het conservatorium," roept hij vanuit de keuken.
Nu schrik ik toch. Ze zullen toch niet op hun besluit terugkomen? Dat zou zó oneerlijk, zó onrechtvaardig en onverdiend zijn.
Vriend gaat tegenover me zitten en neemt een slok van zijn water. "Ik weet niet hoe ik het je voorzichtig kan vertellen. En ik weet zelf ook nog niet hoe ik ermee moet omgaan. Wat ik moet doen, hoe ik moet reageren," begint hij aarzelend zijn verhaal. "De directeur had me op de lijst met aangenomen kandidaten zien staan. Ik ben de eerste leerling die diatonische mondharmonica speelt, vandaar dat ik hem opviel. En het lijkt een wonderbaarlijk toeval, maar misschien was het wel voorbestemd..."
Hij leest het ongeduld op mijn gezicht. "Sorry. Ik zal het maar gewoon rechtstreeks vertellen. Het conservatorium heeft nèt besloten mee te doen aan een uitwisselingsprogramma. Op het gebied van blaasinstrumenten. En juist omdat ik diatonische mondharmonica speel, ben ik een ideale uitwisselingskandidaat. Hij vroeg of ik er belangstelling voor had. Het is een unieke kans, ik zou twee jaar lang les krijgen van een echte virtuoos. Een roemrijke mondharmonicaspeler, een toptalent."
Hij zwijgt even. Ik voel de spanning uit me wegglijden. Dit is fantastisch! O, wat gun ik hem dit! Er begint zich een brede glimlach op mijn gezicht af te tekenen.
Vriend schraapt zijn keel. Zijn blik wordt ineens serieus en weemoedig.
"Ik mag twee jaar studeren bij de allerbeste docent in de hele wereld. Aan de International School for Music. In Toronto."

Het vervolg van Jan-Edward:

"Wie was dat?" vroeg ik.

Hij slikte iets weg: "De hoofdredacteur van Privé...  Auk, ik moet je iets bekennen. In Rotterdam ben ik niet naar het conservatorium geweest, maar naar de Baja Beach Club met Rebecca Loos. De Privé heeft er foto's van en die gaan ze dinsdag publiceren. Het spijt me zooo, maar ze zei dat ik haar zo aan David Beckham deed denken, en van het een kwam het ander."

Mijn hart stond stil, mijn adem werd afgeknepen en ik wankelde tegen de scherpe rand van de keukentafel. Aii, weer een blauwe plek. Maar de pijn in mijn been viel weg tegen de steken die ik in mijn hart voelde. "Hoe kon je zoiets doen??? Van Beckham kan ik het begrijpen want Posh kan niet zingen, maar míj bedriegen met zo'n sleazy senorita? En straks gaat ze zeker haar verhaal verkopen aan RTL Boulevard en mij zwartmaken als een harteloze bitch?"

"Ik weet het Auk, ik weet het, "stamelde hij. "Maar zoveel aandacht in de pers is toch goed voor je zangcarrière? Elk nadeel heeft een voordeel."

 Dat deed de deur dicht. Wat moesten heit en mem wel niet denken als ze hierover hoorden of lazen bij de kapper? Opeens voelde ik mijn krachten terugkomen. Ik greep hem bij zijn nekvel en gooide hem van de trap. Hij stuiterde zo door naar buiten omdat de deur nog openstond. Uit het raam zag ik hem liggen met zijn gezicht naar beneden.  Kreten van pijn slakend richtte hij zijn hoofd op. Zijn diatonische mondharmonica had zich dwars door zijn gezicht geboord.

Ach, dacht ik, zo knap als David Beckham was hij toch al niet.

Het vervolg van Kikkertje:

Wat er allemaal aan voorafging in vogelvlucht:

-          Niet toegelaten op het conservatorium

-          Vriend wel toegelaten op het conservatorium

-          Vriend krijgt slecht nieuws, ik stoot mijn been en voel mijn oma om me heen.

Zoveel drama, vreugde en pijn in een korte tijd. Welk zinnig mens maakt dat mee binnen een week? Ik wist het niet. Wellicht de Oranjes, maar nu waren Vriend en ik aan de beurt. Terwijl de ogen van Vriend rood waren van verdriet, speelde hij Georgia on my Mind van Ray Charles zo intens dat ik ook mijn tranen niet meer kon inhouden. Nog nooit had Vriend zijn hart en ziel gelegd in een stuk muziek om zijn eigen pijn te verwoorden. Zelfs de katten kwamen erbij. Beetje verwonderd staarden ze ons aan. Pixel klauwde haar nageltjes in mijn spijkerbroek alsof ze wilde aangeven dat ze met ons meeleefde.

Nadat Vriend de laatste noot (F) had geblazen, keek hij mij aan, veegde zijn gezicht droog en kuste me teder op mijn mond. ‘Dit moest ik even doen Aukie’, zei hij fluisterend in mijn oor terwijl hij zich verschool tussen mijn ranke schouders. ‘Gekkie’, zei ik zachtjes terug, ‘ik weet toch wel wat die man voor jou betekend heeft’.

‘Zal ik wat sterkers pakken Vriend?’

‘Doe maar Aukie, ik kan wel wat sterkers gebruiken’.

Nadat ik setje beugeltjes Grolsch had gehaald en er een vochtige mist uit de fles was ontsnapt, tikten wij de flessen tegen elkaar aan.

‘Dit keer geen glazen. Gewoon drinken als bootwerkers en bouwvakkers’, grapte ik

‘Het was niet alleen Ray Charles wat Maatje had te vertellen’, zei Vriend kijkend naar een punt in de woning waar een foto hing van Maatje en hem.

‘Wat bedoel je Vriend?’, zei ik, ‘Je gaat me toch niet vertellen dat zijn moeder de operatie niet overleefd heeft hè?’

‘Nee, ze ligt nu op de Intensive Care. Volgens haar specialist maakt ze het voor haar leeftijd redelijk. Maar Maatje is uit de kast gekomen Aukie. Hij en ik hebben het altijd al geweten, maar vanwege zijn moeder heeft hij dat altijd verzwegen’.

‘Je bedoelt dat hij, je weet wel is?’, zei ik met een staccato stem.

‘Ja Aukie, hij is niet alleen in de herenliefde, hij is verder dan dat’, zei Vriend met een blik om te peilen of ik wel snapte wat hij bedoelde.

Verder, verder. Wat is verder? Wilde hij trouwen, samenwonen met een man? En wat is daar in vredesnaam mis mee?

Het was die kriebel in mijn ruggenmerg die langzaam naar mijn hersenstam kroop om het volle plaatje van Maatje uit Amerika te voltooien. ‘Je bedoelt toch niet dat Maatje een vrouw wil zijn?’

‘Hij is al begonnen aan een hormoonkuur Aukie’, zei Vriend droog.

Het leek dan ook alsof de klok op dat moment even stil stond voor een paar seconde.

‘Ik wist het al, maar wilde hem beschermen. Ik mag hem graag zoals je weet Aukie, maar ik wilde hem laten beslissen. Ik steun hem in zijn beslissingen en hij in die van mij. Weet je dat hij blij is dat wij elkaar gevonden hebben?’

‘Oh, ja? Jij een Bluesharp en ik die wil zingen zodat er tranen bij de luisteraars ontstaan? Wel lief van hem. Maar ik ben een dromer Vriend. Ik hoorde je net spelen en het was als de eerste keer dat je voor me speelde. Zo intens. Ik moet dan echt het stof tussen mijn teennagels gaan zingen, wil ik dat overtreffen’

‘Doe niet zo gek!’ Zei Vriend, terwijl hij me kuste op mijn wang. ‘Je hoeft echt geen conservatorium te hebben om je stem te laten horen mutsje van me!’

‘Heeft hij nog meer verteld?’ Vroeg ik enigszins nieuwsgierig.

‘Hij komt naar Nederland’, zei Vriend.

‘Hij is altijd welkom’

‘Ergens vertrouwt hij de Nederlandse artsen meer dan die van hem’

‘We zien wel wat er van komt’, zei ik met een geruststellende stem.

Dat het gesprek over Maatje langer duurde dan een gemiddelde sollicitatie op een conservatorium, mag wel duidelijk zijn. Het was dan ook Vriend die voorstelde om lekker te gaan uiteten die avond.

We hadden genoeg te verwerken en te vieren. Pijn, verdriet, liefde en muziek smolten samen in een kroes waar Vriend en ik nog pagina’s over kunnen vullen.

Maar dat later.


16-06-2004

Net als Idols (X):

deel I klik hier
deel II klik hier
deel III klik hier
deel IV klik hier
deel V klik hier

deel VI klik hier
deel VII klik hier
deel VIII klik hier
deel IX klik hier

In deel negen van de boekenreeks van Darren Shan lees ik hoe zijn vriend op het nippertje wordt gered van de dood. De vijand wordt de pan ingehakt en Darren grijnst. Als ik de bladzijde omsla staat er 'Nee. Zo gebeurde het niet. Ik wenste dat het wel zo was.'
Ik wens dat ik u in geuren en kleuren kan vertellen dat ik ben aangenomen. Dat de commissie lovende woorden sprak en me graag wilde opleiden. Maar zo ging het niet. Helaas.

Ze hadden nog over me getwijfeld. Want ik deed leuke dingen. Maar het ontwikkelingsperspectief was vanwege mijn leeftijd niet optimaal. De theorie was goed genoeg voor het eerste jaar. Ik had zelfs evenveel punten gescoord als vier jaar geleden. En net als toen wilden ze me op de wachtlijst zetten, maar dat had geen zin zeiden ze. Het zou uitstel van executie zijn.

Dit was mijn laatste kans om aan het conservatorium van Amsterdam te kunnen studeren. Ze laten geen mensen toe die ouder zijn dan 30. Het is jammer maar helaas.

Als ik vriendin G. opbel om het nieuws te vertellen vraagt ze me wie er in de commissie zaten. Ik ken de namen van de personen niet en geef een beschrijving. Een aantal aha-erlebnissen volgen. Bij de vierde meneer twijfelt ze. "Donker haar en een grappige man?" vraagt ze. "Hm, dat moet Gé zijn."
"Gé wie?" vraag ik.
"Gé Titulaer," antwoordt ze.
"Waarom klinkt die naam me zo bekend in mijn oren?" vraag ik peinzend.
"Vast omdat hij de vader van Boris is," zegt ze.

Ik slaak een gil. Ha! Boris! Boris kennen we! Boris is een idol! En zijn vader is Gé. Gé geeft les aan het conservatorium van Amsterdam. Voor hem mocht ik voorzingen. Hij heeft naar me geluisterd. Cool!

Vandaag ga ik naar het conservatorium om het eindexamen jazz-zang van vriendin G. bij te wonen. Misschien kom ik meneer Titulaer wel tegen. Misschien kan ik een beetje slijmen en aanpappen en met mijn liefste stemmetje zeggen:

"Meneer Titulaer, mocht u nog een Idol nodig hebben dan weet u me te vinden." ;-)

(einde)


15-06-2004

Net als Idols (IX):

deel I klik hier
deel II klik hier
deel III klik hier
deel IV klik hier
deel V klik hier

deel VI klik hier
deel VII klik hier
deel VIII klik hier

Precies een week voor mijn toelating in Den Haag doe ik toelating in Amsterdam. Amsterdam hanteert qua aanmelding dezelfde procedure als Den Haag. Naar aanleiding van mijn, overigens te laat ingeleverde, cd mag ik komen voorzingen. "Je had nú al taart mee moeten nemen," roept mijn zanglerares uit als ik haar van de uitnodiging vertel. Want uitgenodigd worden op mijn 30e terwijl ik ook nog te laat was met mijn aanmelding is al een hele prestatie op zich.

Vier jaar geleden deed ik ook auditie in Amsterdam. Destijds werd ik 'toelaatbaar' verklaard. "Gefeliciteerd, je bent aangenomen," zei het commissielid toen en schudde me de hand. Maar plaatsen konden ze me niet. Ze zetten me op de wachtlijst zodat ik wekenlang moest afwachten of er misschien een plaats vrijkwam. Ik had geen geluk en werd niet geplaatst.

Vier jaar later. Tijd voor revanche. De dagen voor de toelating ben ik bloednerveus. Ik focus me op de toelating en sluit mijn wereld af voor zaken die niets met de toelating te maken hebben. Werken doe ik wel. Het is een welkome afleiding.

Op woensdag leg ik de theorietest af. Het gaat best goed. Het belangrijkste is dat ik kan ontspannen. Het lukt me om ontspannen te blijven zodat ik op donderdag redelijk kalm bij het inspeellokaal sta te wachten op de jongens van het conservatorium die me gaan begeleiden. Ze komen een kwartier te laat omdat ze een andere toelating moesten begeleiden. Ik vind het niet erg. Ik ken de nummers door en door en we hebben nog tijd genoeg om de arrangementen door te nemen.

Na tien minuten word ik door de voorzitter van de commissie opgehaald. De ruimte waar ik toelating doe is knus. Aan een tafel zitten vier commissieleden waarvan ik er één van gezicht ken. "Volgens mij heb ik je eerder gezien," zegt ze even later als ze me begeleidt tijdens het klassieke stuk. Ik zeg dat dat goed mogelijk is omdat ik regelmatig kom kijken bij voorzingavonden en workshops. Ook noem ik de naam van een vriendin die binnenkort afstudeert aan het conservatorium van Amsterdam. Wie weet helpt het.

Het zingen gaat voor mijn doen goed. Ik ben vooral erg tevreden over hoe ik het klassieke stuk zing. Zenuwachtig ben ik wel, maar zenuwen horen erbij. Na het klassieke stuk mag ik op de gang op de uitslag wachten. De jongens die me begeleidden hebben er vertrouwen in. Zelf heb ik geen idee. Vijf minuten later gaat de deur open. Ik mag naar binnen.

(wordt vervolgd)


14-06-2004

Net als Idols (VIII):

deel I klik hier
deel II klik hier
deel III klik hier
deel IV klik hier
deel V klik hier

deel VI klik hier
deel VII klik hier

Terneergeslagen kijkt hij me aan. De grond lijkt onder zijn voeten te zijn weggeslagen. "Dat was de directeur van de jazz-afdeling," zegt hij dan. Zijn stem klinkt gebroken.
"Wat wilde hij?" vraag ik ongerust.
"Hij wil het niet hebben. Hij wil geen mondharmonicaspeler toelaten tot het conservatorium." De teleurstelling druipt van zijn gezicht.
"Maar ze hebben je toch toegelaten?" reageer ik verontwaardigd.
"Jawel, maar hij staat het niet toe."

De zenuwen, de inspanning en de blijdschap. Het is allemaal voor niets geweest. Waarom hebben ze Vriend toelating laten doen terwijl ze wisten dat er geen plaats is voor een mondharmonicastudent? Dit is wederom een bewijs dat het een zooitje is op het conservatorium.

Vriend besluit een bedankmailtje naar één van de commissieleden te sturen. Al snel krijgt hij antwoord. Het commissielid vertelt niet op de hoogte te zijn van het besluit van de directeur en belooft het uit te zoeken. De volgende dag krijgt Vriend een tweede mail. Daarin staan de argumenten waarom hij niet is aangenomen. Bijvoorbeeld omdat er geen mondharmonica-arrangementen voor handen zijn, zodat hij geen volwaardige plek kan innemen in de ensembles en de bigband. De argumenten zijn duidelijk. Veel duidelijker dan het stompzinnige verhaal dat de directeur een dag eerder over de telefoon afstak.

Vriend kan er mee leven en is meer dan ooit gemotiveerd om door te gaan. Als hij 's avonds gaat oefenen hoort hij via via dat zijn toelating het gesprek van de dag is op het conservatorium van Rotterdam. De volgende dag mailt hij zijn verhaal naar een mondharmonicaforum en wordt prompt uitgenodigd om mee te spelen op een cd van een bekende jazzmusicus. Door de afwijzing is de eerste stap richting beroemdzijn gezet. We kijken al uit naar de speech die Vriend zal houden als hij in de toekomst een belangrijke prijs in ontvangst mag nemen. "En als laatste wil ik graag de directeur van de jazzafdeling van het conservatorium van Rotterdam bedanken. Als u me had aangenomen had ik hier niet gestaan. Bedankt voor de afwijzing." Gnagna.

(wordt vervolgd)


12-06-2004

Net als Idols (intermezzo):

deel I klik hier
deel II klik hier
deel III klik hier
deel IV klik hier
deel V klik hier

deel VI klik hier
deel VII klik hier

Doe ook mee aan 'Net als Idols' en schrijf úw versie van deel VIII! Verzin een huiveringwekkende thriller, een ontroerend drama, een romantische komedie, een muzikale slapstick of iets heel anders! Kies voor een cliffhanger, een unhappy of happy end, kies voor kort of lang, het maakt niet uit. De mooiste, leukste, ontroerendste, lolligste en origineelste inzending krijgt een heuse cd met een opname van Vriend en een opname van mij. De verhalen kunt u naar me mailen of in het reageerding achterlaten. Kikkertje en Jan-Edward gingen u al voor. Wie volgt en durft zich in het Idolsavontuur vol roem en mislukking te storten?

Het verhaal van de winnaar wordt gepubliceerd op dit log. Insturen kan tot dinsdag 18.00 uur. Over de uitslag kan niet worden gecorrespondeerd. ;-)

(en natuurlijk wordt dit ook vervolgd maar pas na het weekend zodat u alle tijd heeft om een verhaal te schrijven)


11-06-2004

Net als Idols (VII):

deel I klik hier
deel II klik hier
deel III klik hier
deel IV klik hier
deel V klik hier

deel VI klik hier

Voor het conservatorium in Rotterdam zit ik in de zinderende zon op een bankje te wachten. Mijn mobiel houd ik vastgeklemd in mijn hand. Ik wacht. En wacht. Zenuwen gieren door mijn keel. Het is twaalf uur. Als alles volgens schema verloopt krijgt Vriend nu de uitslag van zijn toelating. Maar natuurlijk loopt het uit. Pas een half uur later rinkelt mijn mobiel. "En?" vraag ik gretig als ik opneem.
"Waar ben je?" antwoordt hij. Hij wil de uitslag nog niet vertellen. Ik vertel hem waar ik uithang. Gelukkig vindt hij me snel. Ik zie zijn ogen glimmen. Hij draait er nog even omheen, maar zegt dan het verlossende woord.

"Toegelaten."

We zijn blij en ontroerd. Vriend is namelijk de eerste diatonische mondharmonicaspeler die op een conservatorium is aangenomen. Dat is geweldig! Ik hoor u denken: Toots! We hebben een nieuwe Toots Thielemans! Ik zal u uit de droom helpen: Vriend en Toots spelen niet hetzelfde instrument. Toots speelt namelijk op een chromatische mondharmonica. En dat is net effe anders.

We gaan naar huis. Vriend belt iedereen die hij wil bellen om het goede nieuws te vertellen. Vriend kan nog niet helemaal geloven dat hij is aangenomen. Hij is nog niet op aarde geland.

Ik daarentegen wel. Hoe blij ik ook voor Vriend ben, ik voel me een loser. In elf jaar tijd heb ik vier keer toelating gedaan. Niet één keer ben ik aangenomen. Dat besef hakt erin. Het rare is dat ik er nooit voor heb willen werken. Thuis zing ik niet. En niet alleen omdat alle muren oren hebben. Luiheid is ook een boosdoener. Maar ik red het niet als ik alleen maar zing tijdens repetities met mijn combo of op sessies. Wil ik iets bereiken, dan moet ik aan mijn techniek gaan werken. Dan moet ik met regelmaat veel aandacht besteden aan mijn stem. Nu ben ik gemotiveerd om dat te gaan doen. De vraag is of ik dat straks ook nog ben. Maar de hamvraag is of ik het wel zo graag wil, studeren aan het conservatorium. Het is voor mij een droom. Maar als ik het zo graag wil, waarom werk ik er dan niet voor? Is de droom misschien vervlogen?

Dan gaat de telefoon. Vriend neemt op. Als hij de muziek uitzet weet ik dat degene die belt iets belangrijks te vertellen heeft. Vriend zegt weinig. De stem aan de andere kant van de lijn steekt zo te horen een heel verhaal af. Plots zie ik Vriend wit wegtrekken en 'shit' stamelen. Als hij heeft opgehangen kijk ik hem vragend aan.

(wordt vervolgd)


10-06-2004

Net als Idols (VI):

deel I klik hier
deel II klik hier
deel III klik hier
deel IV klik hier
deel V klik hier

"Wat kijk je triest, is er iets gebeurd?" De vrouw die ik tijdens de eerste workshopopdracht al improviserend 'ontmoet' kijkt me vragend aan. Haar vraag verrast me. Ik weet dat mijn gezicht boekdelen spreekt, maar dat het iemand opvalt die ik nog maar een paar keer heb ontmoet vind ik bijzonder. En ik deed nog zo mijn best om vrolijk over te komen. Ik onderbreek mijn improvisatie om haar te vertellen dat ik ben afgewezen voor het conservatorium. De gebruikelijke oooh's en aaah's volgen.

Naast mijn best om vrolijk te doen probeer ik ook onzichtbaar te zijn tijdens de workshop. Meteen krijg ik een opmerking dat ik mijn lijf niet betrek bij het zingen. Het klopt.
Tijdens het tweede gedeelte van de workshop gebeurt er iets opmerkelijks. Ik zet mijn prestatieknop uit. "Ik mag dan wel toelating hebben gedaan, ik heb geen zin om me hier te gaan bewijzen," denk ik bij mezelf. Ik spreek met mezelf af dat ik alleen maar ga zingen wat ik wíl zingen. Ongeacht of het mooi is of niet. Als ik de beurt neem (die krijg je niet altijd, maar moet je 'nemen') gebeurt er iets met me. Ik improviseer vanuit gevoel. Natuurlijk hou ik me vast aan alles wat ik heb geleerd. Maar er is iets extra's. Ik laat de prestatiedrang los. Ik oefen geen druk uit op mezelf. Ik 'moet' niets. Alles wat ik doe is goed. Als ik klaar ben klappen de andere deelnemers enthousiast. Het meisje naast me grijpt me bij de arm. "Meis, de rillingen liepen over mijn rug." De zanglerares die de workshop geeft knipoogt naar me. Ik glimlach.

Na de workshop komt de vrouw die me aan het begin van de workshop aansprak bij me staan. "Ik begrijp niet dat je bent afgewezen. Ik vind je zo goed! Ik zou wel zangles van je willen!" Ik ben overrompeld door haar enthousiasme en voel me een beetje opgelaten. Haar prachtige compliment steek ik in mijn zak. Ze gaat verder. "Jij doet dingen die ik ook graag wil kunnen. En ik kan aan je stem horen dat je veel met zingen bezig bent." Ik schiet meteen in de verdediging en vertel haar dat ik de helft van de tijd ook niet weet wat ik doe. En dat mijn techniek helemaal niet goed is omdat ik er nooit aan werk. Het maakt haar niet uit. Voor het conservatorium is het niet goed genoeg. Voor haar wel.

Thuis bel ik Vriend. "Hoe gaat het?" vraag ik hem.
"Aaaarggh," hoor ik aan de andere kant van de lijn. "Aaaaaaarrrrgghhh." Het is duidelijk. Hij is zenuwachtig. Zenuwachtig voor wat komen gaat. Zenuwachtig voor zijn toelating voor het conservatorium in Rotterdam.

(wordt vervolgd)


09-06-2004

Net als Idols (V):

deel I klik hier
deel II klik hier
deel III klik hier
deel IV klik hier

Sunna krijgt niet de kans om ons te vertellen of ze wel of niet is aangenomen. Als ze de deur openzwaait wordt ze meteen aangesproken door een commissielid dat haar achterna is gerend. Sunna keert de rug naar ons toe en luistert naar wat het commissielid heeft te zeggen. Dan slaat het lid een arm om haar heen en neemt haar mee naar een ander gedeelte van de gang waar ze rustig kunnen praten. Ik zie de schouders van Sunna schokken. Ze huilt.

Even later voegt Sunna zich met een betraand gezicht bij ons. Nog nasnikkend vertelt ze wat er is gebeurd. "He said to me: you're acting like a singer but you're not." Zo. Meneer de voorzitter vond het nodig om een respectloze opmerking te plaatsen. Maar Sunna is nuchter. Door haar 'screw them'-instelling ging de opmerking haar ene oor in en het andere oor uit. Tot het andere commissielid haar op de gang aansprak en zich verontschuldigde voor wat de voorzitter had gezegd. En 'I disagree with him' zei. Op dat moment barstte Sunna in tranen uit. Ze heeft overigens weinig aan de steun van het commissielid. Want ook zij is afgewezen.

Nu ze nergens is toegelaten en niet aan de muziekopleiding van IJsland kan studeren omdat het daar nog moeilijker is om binnen te komen, vertelt ze ons dat ze naar Denemarken zal gaan om privélessen te nemen. Dan pakt ze haar mobiel en verdwijnt. Als ik even later naar de wc ga zie ik haar al bellend op een toilet zitten. Gesnik en IJslandse woorden galmen door de ruimte.

Amber is de eerste die blij naar buiten komt. Ze is toegelaten tot de voor-vooropleiding. De commissie wil haar graag opleiden maar haar theorie was ver beneden de maat. Ze scoorde maar liefst 0 punten. In de voor-vooropleiding zal ze theorieles krijgen van een conservatoriumstudent en mag ze workshops volgen bij Fay Claassen.

Dan arriveert Naomi. Ik ken haar van de Djam, de particuliere opleiding voor jazz en lichte muziek die we allebei volgen. Ik geef haar een goede kans om aangenomen te worden. Even hoort ze de perikelen omtrent de toelatingen aan. Dan sluit ze zich op in de inzingruimte.

Jutta is aan de beurt. Het klinkt allemaal goed wat ze doet, maar het is niet genoeg. Ze wordt afgewezen omdat ze niet 'jazzy' genoeg is. Dan mag Naomi. Ze is vreselijk zenuwachtig maar presteert goed. Heel goed zelfs. Sunna is inmiddels weer bij ons komen zitten en allebei weten we zeker dat Naomi wordt aangenomen. We krijgen gelijk. Naomi wordt toegelaten tot de vooropleiding en springt een gat in de lucht. We feliciteren haar en verlaten met z'n allen het pand.

Hoe graag ik het ook zou willen, er is geen commissielid dat achter me aan komt rennen en hijgend vertelt dat ze zich hebben bedacht. De uitslag blijft staan. Ik ben afgewezen. Als ik in de trein naar Vriend zit dringt het nieuws eindelijk tot me door. Ik schiet vol. Het liefst wil ik mijn tranen laten stromen, maar de trein is geen handige plek om uit te huilen. Ik ben opgelucht als ik mag uitstappen. Vriend staat al te wachten. Ik begraaf me diep in zijn armen. En huil.

(wordt vervolgd)


08-06-2004

Net als Idols (IV):

deel I klik hier
deel II klik hier
deel III klik hier

Ik lach. Ik babbel er lustig op los. Het is niet aan me te zien of te merken dat ik ben afgewezen. Natuurlijk ben ik teleurgesteld, maar ik ben er op dat moment niet rouwig om. Toen ik een dag eerder het gebouw voor het eerst binnenwandelde had ik het gevoel bij een afhaalchinees te zijn beland. Het zag er zwart van de mensen. Aan de lopende band werden er in de foyer, veelal Chinese, namen omgeroepen. Het gebouw was groot en onhandig ingedeeld zodat ik verdwaalde. Ik voelde me er niet thuis. Maar als je ergens wilt studeren telt dat niet mee. Het draait om het lespakket. En dat stond me aan.

Er waren praktische redenen die een studie in Den Haag zouden bemoeilijken. Redenen die ik van tevoren in overweging had genomen, maar waardoor ik me niet had laten weerhouden om toelating te doen. Aanmelden was namelijk heel makkelijk. Ik vulde een formulier in, schreef een uitgebreide motivatiebrief en brandde een ceedeetje waarop ik een aantal jazznummers zong. Als Den Haag me zou uitnodigen was er nog tijd genoeg om na te denken over praktische zaken.

Den Haag nodigde me uit, luisterde naar me en nam uiteindelijk de beslissing vóór mij. Ik hoefde niets met mijn werk te regelen. Ik hoefde me niet blauw te betalen aan treinkaartjes omdat ik perse in Amsterdam wilde blijven wonen. Ik hoefde me geen zorgen te maken of ik de studie en alles eromheen zou aankunnen. Den Haag had de zorgen weggenomen. Daarbij was ik vrolijk gestemd omdat ik me in mijn handen mocht knijpen dat ik was uitgenodigd. Uit de ruim 150 aanmeldingen voor jazz-zang waren er tien tot twintig personen uitgenodigd om toelating te doen. Ik mocht trots zijn op mezelf.

Ik besluit om te blijven wachten op de beoordelingen van Sunna, Amber en Jutta. Als Sunna na haar beoordeling naar buiten komt gebeurt er iets raars.

(wordt vervolgd)


07-06-2004

Net als Idols (III):

deel I klik hier
deel II klik hier

Sunna, de IJslandse, is als volgende aan de beurt. Ze neemt de bladmuziek door met de begeleiders. Sunna is niet zenuwachtig. Dat is ze nooit als ze moet optreden. Ik babbel ondertussen met Amber die net is gearriveerd. Ik heb haar de vorige dag ontmoet bij het theoretische gedeelte van het toelatingsexamen. Ook zij is 30 en ik vermoed dat ze een goede kans maakt om aangenomen te worden.

Na een paar minuten gaat de deur open. De voorzitter steekt zijn hoofd om de deur en roept me naar binnen. Ik volg hem, loop wederom de trap af en neem plaats op de stoel die recht tegenover hem staat.

"Ja Aukje," begint hij. Door de toon van zijn stem weet ik al genoeg. "Helaas is het niet gelukt en hebben we besloten je af te wijzen."
Ik knik en zeg oké en jammer. Hij gaat verder.
"Je hebt een mooie stem, daar waren we in eerste instantie voor gevallen, maar je stem is onderontwikkeld. En we wijzen geen mensen op leeftijd af, we hebben zelfs mensen aangenomen die ouder zijn dan jij, maar gezien de ontwikkeling die je nog moet ondergaan in combinatie met je leeftijd zien we het niet zitten. Daarbij vonden we je timing niet goed."
Ik knik en merk dat ik nog steeds zenuwachtig ben.
"Je had alles goed voorbereid. Je aanmelding, je improvisatie, de vocalise. Dat is allemaal in orde. Ook je theorie was goed. Maar als je zingt dan moet je er 'staan'. Dat deed je niet. En om een studie aan het conservatorium van Den Haag te beginnen moet je toch al veel kunnen."

Hij bedankt me en geeft me mijn ingestuurde cd terug. Ik bedank de commissie dat ze me hebben uitgenodigd en verlaat de zaal. Als ik de deur open schud ik mijn hoofd. Er klinkt een veelstemmig "oooh" door de gang. Dan mag Sunna naar binnen. Ik wens haar veel succes en ga bij Anna en Jutta zitten. Ik pak mijn mobiel om een paar mensen op de hoogte te brengen van mijn afwijzing. Daarna luister ik naar Sunna. Ze zingt een klassieke riedel over een jazznummer. Ze heeft lef. Ik ben benieuwd of ze het gaat redden.

(wordt vervolgd)


06-06-2004

Net als Idols (II):

deel I klik hier

De zaal waar ik auditie mag doen is indrukwekkend groot. Als ik de trap afdaal begroet ik de commissieleden. Het zijn er vijf. Ze zitten in groepjes aan de tegen elkaar aangeschoven tafels. Fay Claassen zie ik aan de rechterkant zitten. De voorzitter van de commissie, de enige heer in het gezelschap, zit in zijn eentje in het midden. De commissieleden kijken op en zeggen gedag. Sommige glimlachen, anderen kijken verveeld.
Ik overhandig hen een lijst met de nummers die ik voor ze ga zingen. Dan neem ik mijn plek in. Midden in de ruimte. Ik pak de microfoon en tel af.

Ik begin met 'It could happen to you'. Het gaat zoals verwacht. Mijn stem wiebelt in de hoogte, maar ik laat me er niet door afleiden. Door extra aandacht te geven aan de ademsteun lukken sommige hoge noten wel. Maar ik blijf teveel bezig met de mensen die tegenover me zitten. Ik zie ze naar beneden kijken, schrijven, soms fluisteren. Ik wend mijn blik af en kijk naar buiten. Door de roes waar ik in zit zie ik echter maar weinig. Ik kijk naar de pianist. Hij lacht naar me. Ik lach terug. Dan draai ik mijn hoofd naar de commissieleden. Ik vind dat ik het niet kan maken om ze te negeren. Maar bij de improvisatie sluit ik mijn ogen om me optimaal te kunnen concentreren.

Ik ga verder met 'You'd be so nice to come home to'. Hoewel ik nog steeds zenuwachtig ben vind ik het geweldig om hier te staan. Ik heb er lol in.
Gelukkig hebben de commissieleden na dit nummer genoeg jazz van me gehoord. Ik mag het derde nummer overslaan en doorgaan met de vocalise, een kort klassiek stuk. Omdat ik me tijdens de vocalise niet bezig hoef te houden met jazztiming en interpretatie kan ik me optimaal concentreren op mijn ademsteun. Hierdoor komen de hoge noten er perfect uit. Een opmerkelijk feit dat ik bij toekomstige optredens moet gaan toepassen op jazznummers.

Na de vocalise speelt de pianist een akkoordenprogressie. Over de verschillende akkoorden moet ik mooie melodielijnen bedenken. Af en toe zie ik de pianist fronsen. Ik weet het. Ik zing soms 'rare' noten. Ik probeer de lijnen simpeler te maken zodat ik niet 'uit de bocht' vlieg. Het helpt, al wordt het er niet mooier op.

Dan zit mijn toelating er op. Ik word verzocht buiten te wachten, zodat de commissie kan overleggen. Als ik de deur open en de vragende blikken van de andere meiden zie haal ik mijn schouders op. "Het ging best goed," zeg ik en ga zitten op een tafel. Het wachten op de uitslag is begonnen.

(wordt vervolgd)


05-06-2004

Net als Idols (I):

Met grote passen komt ze haastig aanlopen. Ze is buiten adem en haar wangen zijn rood van de inspanning. Ze dendert door naar de inzingruimte. Nog net voordat ze de deur kan openen roep ik dat de ruimte bezet is. Ze verstaat me niet. "The room is occupied at the moment," probeer ik. Ze laat de deurkruk los en loopt naar me toe. Ik leg haar uit dat het allemaal uitloopt en dat ze nog tijd zat heeft voordat ze zich in het hol van de leeuw mag begeven. Ze ploft naast me neer. "My feet are killing me!" Ze trekt haar schoenen uit en stelt zich voor als Sunna. Uit haar handtasje haalt ze een stapeltje opgevouwen bladmuziek. Ze vraagt of er kopieën nodig zijn voor de begeleiders. Ik knik. Ze zucht. "Watch my things," beveelt ze me en weg is ze. Op blote voeten, op zoek naar een kopieerapparaat. Als ze terugkomt vertelt ze dat ze uit IJsland komt en zich heeft aangemeld voor drie conservatoria in Nederland: Amsterdam, Den Haag en Arnhem. In Amsterdam en Arnhem is ze afgewezen. Den Haag is voor de 21-jarige de laatste kans.

Tegenover ons zitten twee Duitse meisjes. Anna en Jutta. Ze hebben elkaar die ochtend leren kennen bij het theoriegedeelte van het toelatingsexamen. Ze zijn allebei 25 en kletsen elkaar de oren van het hoofd. Anna is zenuwachtig, Jutta is er nogal rustig onder.
Dan komt Vivienne naar buiten. Vragend kijken we haar aan. "Afgewezen," zegt ze, "te jong en te poppy." Ze gaat het nog proberen in Utrecht. Als ze daar ook wordt afgewezen gaat ze psychologie studeren. Mogelijkheden zat. Maar ze is dan ook nog maar 17.

De Spaanse Raquel komt te voorschijn uit de inzingruimte. Ze wordt door de voorzitter van de commissie mee naar binnen genomen. Raquel heeft de vooropleiding van klassiek zang in Amsterdam gevolgd en wil nu verder met jazz. Raquel is net als ik 30 en heeft een grappig accent als ze engels spreekt. Na twintig minuten komt ze naar buiten. Afgewezen.

Anna is aan de beurt. Als we onze oren spitsen en voor de deur gaan staan kunnen we haar horen zingen. Ze zingt goed. Eigenlijk zingt iedereen goed. Anders zouden we niet uitgenodigd zijn voor de auditie. Even later komt ze hoofdschuddend en met een rood hoofd naar buiten. Nu moet ze nog vijf minuten wachten voor ze weer naar binnen wordt geroepen voor de uitslag. Ik neem ondertussen met de begeleiders de bladmuziek door. Ik zie Anna weer naar binnen gaan. Daar krijgt ze te horen dat ze is afgewezen. Door de zenuwen is ze vergeten waarom.

Dan opent de voorzitter van de commissie de deur en roept mijn naam. Ik mag naar binnen.

(wordt vervolgd)